Gewoon wordt buitengewoon met GOSOAKY
Vier jaar geleden besloten Johanna Carlier, Urs Hasham en Fleur van Noesel toffe regenkleding voor kinderen op de markt te brengen. Ze kozen als naam voor GOSOAKY, een fonetisch synoniem voor ‘lekker nat worden’.
Vier jaar lang bleek GOSOAKY een gat in de markt, inmiddels is de concurrentie groot. Het drietal zag het aankomen en richtte het vizier niet langer alleen op regenkleding, maar tevens op outerproofs TM: dagelijkse, waterdichte kleding.
Waterdichte, modieuze kleding, daarmee veroveren Johanna, Urs en Fleur de internationale kledingbranche. Het merk GOSOAKY wordt inmiddels door ruim 120 retailers in 28 verschillende landen verkocht. Fleur: ‘Die groei is fantastisch. Het is een uitdaging, want elk land heeft zijn eigen wensen en bestsellers. Het fijne aan de kledingindustrie is dat je aan de hand van Sample-collecties het verkoopseizoen in gaat. In maart weten we wat in de herfst wordt verkocht. We maken vooraf de nodige kosten, bijvoorbeeld voor de ontwerpen en de fotografie. Daarvoor is werkkapitaal een vereiste.’
Op zoek naar een verschaffer van dat werkkapitaal kwam de directie van GOSOAKY terecht bij Rabobank. Fleur: ‘Dit seizoen startte onze samenwerking met Rabobank Haarlem en Omstreken. De Rabobank verschaft ons het werkkapitaal voor het seizoen dat gaat komen. Ze kijken in ons orderboek, zien dat het goed is gevuld en lenen ons het kapitaal dat nodig is om verder te gaan. We hebben met de accountmanager van de Rabobank een prettige band opgebouwd. De bank denkt met ons mee, weet hoe het werkt in de kledingbranche. Dat een deel vooraf wordt betaald, maar dat retailers pas tijdens het verkoopseizoen in staat zijn de rest aan ons over te maken. Het feit dat je niet steeds alles opnieuw hoeft uit te leggen, is echt verfrissend.’
Taakverdeling
Fleur: ‘Wij kennen elkaar vanuit de kledingbranche, waarin we altijd hebben gewerkt. Urs is het creatieve brein, Johanna is verantwoordelijk voor de sales en ik houd me bezig met de ontwikkeling & productie van de collecties. Plus dat we nog allerlei organisatorische taken erbij hebben. Maar dat hoort nu eenmaal bij ondernemen.’