Meesterlijk presenteren

Constant Lamp

‘Gister was ik op een presentatie waar ik halverwege naar huis ben gegaan. Zó verdrietig stemmend. Te lang, monotoon, de spreker verstopt in het donker en een powerpoint waarbij twaalf, dertien onderwerpen werden behandeld op één dia… Stereotiep voor hoe je een presentatie totáál naar de klote helpt – excusez le mot. Het publiek, zo’n 120-130 man, gedroeg zich niet netjes, maar dat is in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de spreker. Ik ben zelf echt niet dé superpresentator, maar weet wel te vertellen hoe je het kunt verbeteren. Het publiek moet zich prettig bij je voelen, naar je wíllen luisteren. Dat kun je beïnvloeden door stemgebruik, houding en, te vaak onderschat, het visuele aspect. Hoe ben je gekleed, waar sta je op het podium, welke beelden laat je zien? Zenuwachtig is iedereen voor een presentatie, niet uit angst om te presenteren, maar uit angst om te falen. Maar de grap is: als je je huiswerk gedaan hebt, dan ben je niet meer bang voor het examen.’

Op vrijdag 9 november geeft Constant Lamp een workshop Meesterlijk Presenteren.

vr. 9 november
Meesterlijk presenteren
Workshop voor ‘sprekers’ uit het bedrijfsleven, zorg en overheid.
9.30-16.30 uur
Locatie: Villa Westend
www.fifotraining.nl

 

Buiten Bedrijf

 

Foto RAP Fotografie Ramon Philippo

Er zijn momenten dat hij niets meer wil móeten. Even de kop leeg en de handen vrij. Dan pakt René de Boer (55) van het Haarlemse communicatiebureau Intervolvement zijn rugzak in en gaat hij aan de wandel. Je kan hem zomaar tegenkomen, op weg van zijn kantoor aan het Spaarne naar zijn woonplaats Wijk aan Zee. Trainend voor een veel grótere uitdaging: in vijf dagen ruim 100 kilometer lopen in het Zweedse deel van Lapland. Van hut naar hut. Samen met een wandelmaatje. Door een adembenemend mooi landschap. Geen hoofdrol voor de mens. Hoogstens een plek als figurant. Je loopt je eigen schilderij in, zegt René. Met alleen het geluid van watervalletjes, de wind en je hartslag. Alleen al van de herinnering aan zó veel schoonheid en rust schiet hij vol. Het was een ontroerende belevenis. Vijf dagen lopen in Lapland voelt als vier maanden vakantie. Terug op de zaak droomt hij tussen de bedrijven door soms van nieuwe tochten.

PerGezicht: Peter Hoes

´Oh, dat is van het armpje drukken.´ Peter heeft een spierblessure, opgelopen tijdens het dorpsfeest in Vijfhuizen. Hij werd door zijn teamcaptain naar voren geschoven en meteen bij de eerste tegenstander ging het mis. Peter heeft de pijn verbeten en toch de finale gehaald. ´Niet zo slim.´ Felgroene kinesiotape op zijn pols en bovenarm markeert het probleem. ´Opgeven was geen optie´, dat heeft hij bij de Luchtmobiele Brigade geleerd.

Nu is Peter al bijna 20 jaar de trotse eigenaar van Alpha Security, een in Haarlem gevestigd beveiligingsbedrijf met 110 mensen in vaste dienst. ´Onze eerste klant was Café Imperial, in de Korte Veerstaat. Daar stond ik met mijn toenmalige compagnon als beveiliger bij de deur. We hebben het vanaf de eerste dag anders aangepakt, met een vriendelijk gezicht. Een praatje maken, duidelijk zijn. Ervoor zorgen dat mensen je waarderen en herkennen. We stonden daar tenslotte voor hun veiligheid.´

Veiligheid en beveiligen is nog steeds waar alles bij Alpha Security om draait. ´De lat ligt hoog, van de 70 sollicitanten per week voldoet er gemiddeld 1 aan onze maatstaven. Eenmaal binnen worden ze door ons opgeleid. BBL, maximaal vier dagen betaald werken en een dag per week naar school. We werken samen met een ROC, hun leraar geeft bij ons intern les. Met rollenspellen, specialistische trainingen en goede coaching leiden we onze mensen binnen een jaar op tot echte vakmensen.´

In Haarlem is Alpha Security een begrip. ´We hebben vanaf dag één de samenwerking gezocht met politie en gemeente. Dat betaalt zich uit in veiligheid. We delen onze expertise, denken mee en vullen aan. Je kan van de daken schreeuwen dat je maatschappelijk betrokken en de beste bent, ik laat het liever zien.´

Lees verder op www.pergezicht.nl/peter-hoes

Op Pergezicht.nl vertelt Jan Glas de verhalen van ondernemers. Goede Zaken plaatst maandelijks één van deze verhalen.

Lastig innoveren

´Stel dat de prestatie van uw bedrijf het gevolg is van de wijze waarop uw bedrijf is georganiseerd. Als u tevreden bent, dan zou ik alles bij het oude laten. Maar als het niet lukt om te innoveren, terwijl u dit wel wil, zou ik eens nadenken over hoe uw bedrijf is georganiseerd.´

Dit bommetje zorgde voor verwarring tijdens een discussie over innovatieproblemen in bedrijven zonder R&D. De discussie ging over managers en medewerkers die niet kunnen innoveren of werken met Scrum & Agile. Ik vervolgde: ´Een traditioneel bedrijf werkt als een performance engine, die producten maakt of diensten verleent. Een performance engine die koekjes maakt, innoveert niet. Het kan hooguit slimmer koekjes maken of andere koekjes bedenken. Het blijven koekjes.´

´Ja natuurlijk, want het is een koekjesfabriek´, zei iemand wat verontwaardigd. ´Precies´, ging ik verder. ´Wij koppelen wat wij doen aan wat we zijn. Ik ben bakker, dus ik bak brood. Wij zijn een bibliotheek, dus lenen we boeken uit. Zo ontwikkel je hooguit het bakken van brood of het uitlenen van boeken.´

´Vraag je af wat uw bedrijf bij de klant teweeg wil brengen en beschouw  wat u doet slechts als een methode om dat te bewerkstelligen. De bibliotheek wil bijvoorbeeld mensen inspireren tot lezen. Om dit teweeg te brengen, zijn allerlei innovatieve of onverwachte methoden mogelijk. Bijvoorbeeld literaire reisjes naar Japan. De eerste stap naar innovatie is afvragen wat het bedrijf teweeg wil brengen.´

´Dat is een best lastige vraag´, verzuchtte iemand. ´Eigenlijk is het best vreemd dat deze vraag voor een bedrijf lastig is´, zei ik en ging op zoek naar verse koffie.

Rudy Snippe is als lector verbonden aan Hogeschool Inholland en Nyenrode Business Universiteit.

Rudy Snippe

Echt jouw ding

De 3d-printer is helemaal ‘hot’ in de maakindustrie. Opeens is het mogelijk om in je winkel volautomatisch spullen te maken van kunststof en zelfs van metaal, voor dezelfde stukprijs als een grote fabriek, die er alleen duizenden tegelijk van kan uitspuwen. Dit krijgt een fenomenale invloed op de inrichting van de stad. Detailhandel wordt ook detailnijverheid. De stad wordt weer industriestad, maar zonder fabrieken.

En Haarlem is de gedroomde plek voor deze ontwikkeling. Want Haarlem is zeer gemiddeld. Daarom doen podiumkunstenaars hier vaak try outs. Indien hier succes, dan ook in de rest van het land. Daarom beginnen veel Amerikaanse en Aziatische productcampagnes in Nederland. Slaan ze hier aan, dan ook in de rest van Europa. Haarlem is dus eigenlijk Nederland in het kwadraat. Lukt hier iets, dan lukt het ook in Nederland en dus in Europa. De proeftuin, www.3dmakerszone.com, bevindt zich aan de Oudeweg 91-95.

 

Haarlem is ‘burgerlijk’ en daarom dé plek voor wat ik maar even ‘de verburgerlijking van de fabriek’ noem: de 3d-printer. Hij wordt bestuurd met software, door de fantasie van de gebruiker. De technologie is in de jaren 80 ontstaan als ‘mechatronica’ voor ‘rapid prototyping’: Snel en goedkoop een ruimtelijk proefmodel maken door te gieten, te frezen, te snijden, te stansen of te persen.

Wie vroeger drukwerk wilde, moest naar een drukker. Daarna werd (stiekem) gestencild en gefotokopieerd op ‘kantoor’ en kwamen kopieerwinkels op. Maar heel veel mensen hebben ook een thuisprinter. Zo gaan we ook de 3d-printer verlossen uit de klassieke, industriële omgeving.

Hij is speelgoed voor kinderen, hobbygereedschap en werkplaats voor ‘digital artisans’, de nieuwe creatieven. Slaat jouw ding aan in Haarlem, wie weet dan ook in Japan. Het printen van jouw ding voor de Japanse klant, dat doet een printer in Japan. Zoals sommige bloggers en vloggers wereldberoemd worden, zo zou dat ook kunnen met 3d-makers.

 

 

Innovatie-mix

´Hé professor, ik hoorde net dat jij alles van innovatieprocessen in bedrijven weet.´ Een reusachtige man, met armen waar mijn benen jaloers op werden, stak vriendelijk een indrukwekkende hand naar mij uit.´In mijn bedrijf wil ik een innovatieteam opstarten en ik vraag mij af of ik daar jonge of oudere medewerkers voor in moet zetten.´

Hij straalde uit dat ik vooral kort en bondig antwoord moest geven. ´Het gaat niet om de leeftijd, maar om wat iemand zou moeten kunnen. Als u iemand zoekt die hard kan rennen, zou ik een jongere nemen en ik ben trouwens geen professor´, zei ik plagerig.

Aan zijn gezicht zag ik dat ik dit soort flauwe grapjes beter achterwege kon laten.´Aan welke eigenschappen moeten uw teamleden voldoen?´, vroeg ik daarom. ´Simpel´, zei hij.´Ze moeten op de hoogte zijn van nieuwe ontwikkelingen en voldoende kennis en vaardigheden hebben om ideeën in werkbare producten om te zetten.´

Ik dacht na over hoe ik het hem kon uitleggen.´Twintigers zijn over het algemeen op zoek naar verbreding en willen nieuwe dingen ontdekken. Zij kunnen snel reageren, omschakelen en beslissen. Vijftigplussers zijn daarentegen op zoek naar verdieping, kunnen beter dwarsverbanden zien en beslissen weloverwogen. Maar zijn langzamer. Jongeren zet je in voor ontdekken en uitproberen, vijftigplussers zet je in voor de verdieping, samenhang en het omgaan met complexiteit. Dertigers en veertigers willen overzicht, verankering en de boel regelen. Zorg dat alle leeftijdsgroepen voortdurend geprikkeld blijven, anders dutten ze in.´

´Dus ik moet de juiste twintigers en vijftigplussers vinden die gefaciliteerd worden door dertigers of veertigers?´ Voordat ik nog iets kon zeggen, kreeg ik een klap op mijn schouder.´Dank je professor.´

 

Rudy Snippe is als lector verbonden aan Hogeschool Inholland en Nyenrode Business Universiteit.

Rudy Snippe